Sporen van de Tempelieren in Nederland - http://www.tempelieren.nl - © Ben Brus 2003-2012 



Besoyen

 

In Besoyen bij Waalwijk treft men de Tempelierstraat.aan. Deze straat werd in 1965 aangelegd op de plaats waar ooit gebouwen stonden, die volgens de traditie aan de Tempelorde hadden toebehoord. Ze werden “De Tempeliershuizen”genoemd. Deze traditie was wijd verbreid, maar wordt op het ogenblik als “invented tradition” sterk in twijfel getrokken.

 

Schutjes ( pg.259.) schrijft: “De overlevering zegt, dat drie huizen te Besoijen, die door haar sterke muren van oude dagteekening schijnen, aan de Tempeliers hebben behoord.”

Schoengen ( pg.11.) vermeldt onder Besoijen: “Tempeliers ?”. Hij verwijst daarbij naar Schutjes. Uit het vraagteken spreekt zijn twijfel.

De Encyclopedie van Noord-Brabant ( pg.158,) schrijft: “De Tempeliers bezaten huizen in Heusden en Besoyen.”

Goudriaan neemt de Tempelieren te Besoyen op in zijn eliminatielijst en verwijst daarbij naar Zierikzee. Dit houdt in, dat hij het verhaal over de aanwezigheid van de Tempelridders in Besoyen als een legende beschouwt.


De oorspronkelijke drie gebouwen waren in 1850 nog aanwezig. Het waren grote bouwsels met opallend zware muren. In elk woonden vier of vijf gezinnen. Verhalen deden de ronde over een onderaardse gang, die de huizen onderling verbond. Twee van de huizen werden door brand verwoest. Op de fundamenten en kelders van het derde werd in 1883 een synagoge gebouwd. Toen deze na de tweede wereldoorlog in onbruik en in verval raakte, werd zij in 1965 afgebroken. De fundamenten werden verwijderd. Er werd plaats gemaakt voor een straat, die de “Tempelierstraat” werd genoemd.

 

 

 

De Synagoge te Besoyen in 1964

                                             Foto ontleend aan site van de Heemkundekring De Erstelinghe

 

De oudste vermelding van Besoyen stamt uit 1313. Waarschijnlijk volgde de hoofdstroom van de Maas toen nog een traject naar Geertruidenberg, daar waar nu “Het Oude Maasje” is te vinden. Dit traject komt min of meer overeen met de loop van de later gegraven Bergse Maas. Besoyen lag in die tijd dan aan de Maas.

In de middeleeuwen liep over een zandrug ten zuiden van de Maas een weg, die deel uitmaakte van een route van Noord-Frankrijk en Vlaanderen naar Utrecht. Hieraan is Besoyen ontstaan. Deze weg werd in documenten uit de veertiende eeuw reeds “De oude Straat” en ook wel de “Heerstraat” genoemd. Met “straat” werd toen doorgaans een verharde weg , en met “straat”en “heer” een oude doorgaande weg aangeduid. ( M.van Loon. Besoijen.) Uit de bepaling “oude” blijkt ook, dat de weg stamde van ver vòòr de veertiende eeuw. In de loop der tijd verschoof ze een paar honderd meter naar het zuiden. Aan deze weg lag in het Noord-Brabantse Alphen  de tempel-kommanderij Ter Brake en in en om de Bommelerwaard voorts een aantal mogelijke vestigingen van de Tempelorde. ( Zie verder De Bommelerwaard ) Verkeerstechnisch gezien zou Besoyen dus zeker in aanmerking zijn gekomen voor de vestiging van een steunpunt van de Tempelorde.

Hier staat tegenover, dat een vermelding van een tempelvestigimg in Besoyen in geen middeleeuws document werd aangetroffen. Het feitelijk bestaan ervan wordt tegenwoordig danook in het algemeen betwijfeld..


Samenvatting: Een oude traditie, gekoppeld aan betrouwbare berichten over solide oude huizen en de verkeerstechnische situering vormen de basis voor berichten, dat in Besoyen indertijd de Tempelorde gevestigd was. Een bevestiging in eigentijdse documenten werd niet gevonden. Aanwezigheid van de Tempeliers in Besoyen wordt daarom tegenwoordig in het algemeen betwijfeld.

 

 

Literatuur

 


Diverse auteurs. Encyclopedie van Noord-Brabant.  Baarn,  1985 – 1986.

Goudriaan, K. Kloosterkaart. http://www2.let.vu.nl/oz/kloosterlijst/.

Heemkunde Kring: “De ErstelingheWaalwijk.   http://www.erstelinghe.nl 

Loon, M.van De oudste geschiedenis van Waalwijk. Gorinchem, 2008.

Schoengen, M.           Monasticon Batavum.  Deel II.  Amsterdam,  1941.

Schutjes, L.H.C.        Geschiedenis van het Bisdom ’s Hertogenbosch.  3de deel. 

St Michielsgestel,  1872.

 

 

 

Verder Terug Home